Jonge stad

Wie jonger is dan 18 kan zelfs bij de lokale verkiezingen zijn of haar stem niet laten gelden. En studenten die in Leuven studeren maar buiten de stad wonen, al evenmin. Er zijn vandaag al veel jonge stadsgenoten die zich dagelijks inzetten om jongeren een stem te geven in Leuven. Toch is er meer nodig om alle jongeren bij het uitstippelen van het stedelijk beleid aan bod te laten komen. Om je te kunnen uitspreken, moet er ook geluisterd worden. Dat vraagt om een open houding van beleidsmakers. Die moeten beseffen dat jongeren experts zijn over hun buurt of school. Democratie is tweerichtingsverkeer: verwacht niet alleen dat jongeren zelf hun weg vinden, maar ga ook actief naar hen toe.

Met die ingesteldheid kan een stadsbestuur jongeren op allerlei manieren aan bod laten komen. In de eerste plaats via de structurele inspraakorganen, zoals de jeugdraden. Daarom moet de jeugdraad initiatiefrecht krijgen in de gemeenteraad. Dan kunnen ook de jongeren punten op de agenda zetten. Ook wie geen rechtstreekse lijn heeft naar de jeugdraad, moet haar of zijn ideeën op tafel kunnen leggen. Daar is een open, digitaal instrument voor nodig, waarmee jongeren hun vragen en voorstellen kunnen naar voren brengen en daar steun van andere jongeren voor kunnen krijgen. De stedelijke diensten engageren zich om elke vraag te beantwoorden en voorstellen die de steun krijgen van voldoende jongeren te behandelen. Het stedelijk jeugdbeleid moet verankerd zijn in de jongerenwereld. Daarvoor kan het beleid steunen op het jeugdwerk en op het onderwijs. Dan kunnen jongeren gehoord worden als er veranderingen op til zijn in hun buurt, maar ook om beleid bij hen af te toetsen. Zonder sterk jeugdwerk kan het beleid doorgedreven inspraak van jongeren niet realiseren. 

De stad moet er ook actief op toezien dat de jeugdraad en de jongerenvertegenwoordiging ook echt alle jongeren vertegenwoordigen, ongeacht hun sociale situatie. Ze zal er over moeten waken dat niet enkel de reeds sociaal geëngageerde jongeren inspraak krijgen. Zeker in de structurele organen moet sprake zijn van echte vertegenwoordiging en jongerenparticipatie. Dit kan door actief in te zetten op wijkwerking met jongeren.  

We maken komaf met de criminalisering van jong zijn en het systeem van GAS-boetes. In plaats daarvan investeren we in sociale voorzieningen om de problemen bij de wortel aan te pakken. Blijvende problemen met overlast moeten zo veel mogelijk onderling worden opgelost, en door tussenkomst van mensen en organisaties in de wijken. Een manier om jongeren zelf verantwoordelijkheid te geven is om net zoals in Borgerhout een project als de Plein Patrons op te starten. Jongeren van 16 jaar kunnen er in elke wijk een opleiding tot steward volgen en zelf zaken op hun plein in goede banen leiden. Het project kwam er op initiatief van de PVDA. Jongeren met verantwoordelijkheid en een missie voelen zich beter in hun vel, én in hun wijk. Zo bereik je veel beter het doelpubliek en het werkt emancipatorisch voor de jongeren uit de buurt.

Veel jongeren snakken naar meer groen, naar meer parken, naar meer openbare ruimte. Dat moet ook een basispijler van goed jeugdbeleid zijn: meer groen en open ruimte, zeker in dichtbebouwde wijken. Om je vrienden te ontmoeten, te voetballen of gewoon in het gras te liggen, op wandelafstand van je thuis. Die openbare ruimte richten we zo in dat jongeren zich er thuis voelen en we conflicten tussen gebruikers vermijden. 

Jongeren in de stad betekent feest in de stad. Leuven staat bol van de studentenverenigingen en jongerenorganisaties en die houden al eens graag een cantus, of een fuif. Uitgaan en feesten is een deel van de leefwereld van jongeren. In veel wijken is de accommodatie voor fuiven echter onvoldoende. Het is echt niet altijd evident om een geschikte locatie te vinden. Er zijn veel jongeren en geen overschot aan geschikte en betaalbare zalen of je moet al op zoek gaan naar duurdere privévoorzieningen.

Leuven ontbreekt nog steeds een grote feestzaal. Er zijn de laatste jaren stappen in de goede richting gezet met bijvoorbeeld de nachtclub in stelplaats of die van het Depot, maar de nood aan betaalbare grote uitgaansplaatsen in de stad voor jongeren blijft bestaan.

We hebben al geweldige projecten die openbare ruimte herinrichten op maat van jongeren. Een goed voorbeeld is hoe de oude Stelplaats van De Lijn een tijdelijk nieuwe invulling heeft gekregen als ontmoetingsplaats en centrum voor jongerenprojecten, op initiatief van mijnLeuven en vzw Onkruid, met ondersteuning van de stad. Zulke projecten geven jongeren zuurstof. Er is een skateplein dat vrij beschikbaar is. Er is de Broeiplaats, waar jonge Leuvenaars de ruimte krijgen om volop met hun artistieke talenten te experimenteren. Er is ruimte voor het organiseren van feestjes en kleine festivalletjes. We pleiten ervoor om dit project een blijvende plaats te geven. Om dat te garanderen vragen we dat de stad de stelplaats overkoopt van De Lijn. We stimuleren ook volop soortgelijke initiatieven, er blijft enorm veel nood aan plaatsen van en voor jongeren zoals stelplaats. De stad dient actief op zoek te gaan naar manieren om deze goede ervaring uit te breiden.

Voor jongeren moet de drempel naar sport en cultuur omlaag. De kostprijs verlagen is hier onze eerste maatregel. Als gevolg van de besparingen moesten sport- en dansverenigingen hun lidgelden de laatste jaren verhogen. Om dat te vermijden, verhogen we hun werkingsmiddelen. Maar de stad kan ook rechtstreeks tussenkomen als lidgelden een hoge financiële drempel vormen. Hoewel de UitPAS een stap in de goede richting is, willen we pleiten voor een pas die er specifiek op gericht is om alle jongeren de kans te geven actief betrokken te zijn bij het sportieve en culturele Leuven. Bovendien vinden de jongeren niet altijd de weg naar de UitPAS. We willen dit oplossen door de jongerenpas die we voorstellen automatisch te laten toekennen aan elke Leuvense jongere vanaf 12 jaar.

Jeugdverenigingen doen vandaag in onze stad schitterend werk. We hebben het dan over het professionele jeugdwerk dat zich met vaste medewerkers in dienst vooral richt op de maatschappelijk meer kwetsbare jongeren; maar ook over vrijwillig jeugdwerk – de jeugdbewegingen. Die bezorgen duizenden jongeren elk weekend en elke zomer de tijd van hun leven. Het jeugdwerk is voor veel jongeren hun tweede thuis. Het jeugdwerk haalt jongeren uit hun isolement en doet hen open bloeien. Alle Leuvense jongeren hebben recht op zo’n tweede thuis. Tijd om nog meer te investeren in alle verschillende vormen van jeugdwerk die onze stad zo nodig heeft. Het professionele jeugdwerk moet weer meer middelen krijgen, om werkingen uit te breiden en om met jeugdwerkers de hulpvragen van jongeren te kunnen beantwoorden. Maar ook om werkingen op te starten in wijken en buurten waar ze vandaag nog niet (genoeg) bestaan. Het vrijwillige jeugdwerk helpen we vooral met ondersteuning bij het vinden en vormen van hun ruggengraat: de vrijwilligers die zich dag in dag uit engageren voor hun jeugdbeweging. Maar we verlenen ook steun voor een degelijke infrastructuur voor de jeugdbewegingen. Bijvoorbeeld door voldoende jeugdhuizen in elke deelgemeente. 

We staan voor een laagdrempelig jeugdwerk dat een weerspiegeling is van de diversiteit van onze maatschappij (brede werkende klasse). De stad dient er mee voor te zorgen dat het jeugdwerk een weerspiegeling is van de buurt en al haar diversiteit.